Snelcursus Deugdethiek voor Koele Kikkers en Kikkerinnen

ontwerp

Introductie

De Spaanse jezuïet Baltasar Gracián publiceerde in 1647 een ‘machiavellistische’ handleiding voor de omgang met mensen. Deze deels cynische, alleen voor de elite bestemde, verzameling praktische leefregels beïnvloedde in de loop der eeuwen enkele van de meest vooraanstaande West-Europese schrijvers.
Zijn advies: Leef deugdzaam
‘Deze twee woorden geven alles aan. De deugd is het bindsnoer van alle volkomenheden, het middelpunt van het geluk. Zij maakt u tot een voorzichtig, opmerkzaam, wijs, scherpzinnig, begrijpend, dapper, beheerst, rechtschapen, gelukkig, gewaardeerd, authentiek en veelzijdig mens. Drie s’en bepalen ons geluk: santo, sano en sabio, heilig, gezond en wijs. De deugd is de zon van de wereld in het klein ( d.w.z.‘de mens’) en heeft als hemisfeer het goede geweten. Haar schoonheid is zo groot dat zij genade vindt bij God en de mensen. Alleen de deugd verdient onze liefde, alleen het kwaad onze afschuw. De deugd is het enige dat telt, het overige onzin. Bekwaamheid en grootheid dient men niet te meten aan het succes, maar aan de deugdzaamheid. Alleen de deugd heeft aan zichzelf genoeg. Zij bewerkstelligt dat een mens tijdens zijn leven wordt bemind en na zijn dood wordt herinnerd’

Slide1. De matrix van ethische reflectie van Patrick Nullens

Commentaar bij slide

Er zijn vier klassieke ethische theorieën: principe-ethiek, gevolgenethiek, deugdenethiek en waarde-ethiek.
De eerste manier van redeneren en interpreteren is die vanuit het principe, de wet of het gebod. Het is de opdracht van de principe-ethiek, of ook wel deontologische ethiek genoemd, om enerzijds normen te interpreteren en vervolgens te zoeken naar legitieme toepassingen. In dit denkproces scheiden zich al dadelijk de wegen tussen een religieus principemodel en een seculier principemodel. Het religieuze model vertrekt vanuit een goddelijke openbaring die de principes bekendmaakt. De joods-christelijke traditie gebruikt onder meer de tien geboden. De seculiere variant van de principe-ethiek staat vooral in de traditie van Immanuel Kant. Deze filosoof verbond het principe van vrijheid en autonomie met het belang van plicht.
De gevolgenethiek is altijd belangrijk geweest voor het bedrijfsleven en het economische denken. Door de gerichtheid op nutsmaximalisatie sluit ze nauw aan op de economische rationaliteit. Het gaat op zoek naar het hoogste geluk of welzijn voor een zo groot mogelijk aantal mensen.
De laatste decennia is er opnieuw grote aandacht voor de klassieke deugdenethiek. De grote leermeester van de deugdenethiek is de Griekse filosoof Aristoteles (4de eeuw v. Chr.).
De voorgaande drie redeneermethoden zijn alom bekend en toegepast in leiderschaps- en zakenethiek. Veel minder wordt de waarde-ethiek gehanteerd. Ook hier gaat het vooral om een vorm van interpreteren van de morele intuïties. Waarden zeggen eerder hoe iets moet zijn en niet zozeer wat we moeten doen. We maken onze keuzes namelijk vanuit de beleving van waarden. Waarden brengen sterk de emotionele dimensie van onze morele besluiten naar voren. Typische waarden zijn: cultuur, vriendschap, gezin, arbeidsvreugde, vrijheid, enzovoort.
Naast de kern van de vier ethische theorieën zijn er de omringende lagen van zingeving, identiteit en doelmatigheid, onze interpretaties van de werkelijkheid, die we in vijf lagen kunnen beschrijven. De eerste laag is de visie op onze professionele op dracht en de eigenheid van de organisatie. De tweede laag is de interpretatie van onszelf, ons eigenbeeld. De derde laag representeert onze context op het microniveau van directe relaties en voorbeelden. Vervolgens is er onze context op macroniveau; de interpretatie van een rechtvaardige samenleving. De vijfde laag ten slotte stelt de transcendente werkelijkheid voor die onze tijd en ruimte overstijgt en toch weer alles inkleurt. We dienen ons steeds af te vragen hoe deze diverse lagen de vier methoden van ethisch redeneren (de nucleus) beïnvloeden.

Slide 2. Deugdethiek
deugden en ondeugden

Commentaar bij slide

Een deugd is een houding (habitus), een ‘neiging tot’ of een duurzame karakterkwaliteit. Deugden zijn bijvoorbeeld moed, geduld, zelfbeheersing en wijsheid. De klassieke deugdenethiek werd door het christendom gekerstend. De deugdethiek van Thomas van Aquino, die zich vooral op Aristoteles beriep, heeft veel invloed gehad op onze hele westerse beschaving.
Wat zijn deugden en deugdethiek?
Waarden zijn algemene begrippen, die doorgaans een ruime betekenis hebben. Normen zijn specifieke geboden of verboden op concrete gebieden. Deugden staan tussen waarden en normen in. Ze passen bij het moderne levensgevoel zelf verantwoordelijk te zijn voor vrije, ethische keuzes. Deugden zijn minder betuttelend dan normen en plichten en geven meer houvast dan abstracte waarden. Deugden horen bij de identiteit van een persoon en verbinden hoofd met hart en handen.
Naast deugden zijn er natuurlijk ook ondeugden. De kunst is om de deugden te versterken en de ondeugden af te zwakken of te elimineren. Moeilijk, maar voldoening gevend!

Slide 3. Geschiedenis van de deugden

Commentaar bij slide

De deugdethiek vindt zijn oorsprong in de periode 3000 – 1000 vóór Christus. Deze ethiek is ongeveer tegelijkertijd ontstaan in de westerse en oosterse filosofieën en godsdiensten. Plato was de eerste die de vier klassieke deugden benoemde van rechtvaardigheid, wijsheid, moed en matigheid. Aristoteles werkte die verder uit en formuleerde twaalf deugden in zijn Ethica Nicomacheus. Hij wordt beschouwd als de Vader van de Deugden. Volgens hem ging het in de moraal en de deugden om het geluk.
Het Christendom kerstende de klassieke deugden vervolgens. Ze voegde er de theologale deugden Geloof, Hoop en Liefde aan toe, waarmee we aan het bekende zevental kwamen. In de Middeleeuwen werd de moraal bepaald door de Goddelijke Bevelstheorie (wat God wil). Mede onder invloed van het kloosterleven worden voor de Middeleeuwen ook de kwaliteiten van nederigheid, armoede, kuisheid en gehoorzaamheid tot de deugden gerekend.
De scheiding van moraal en religie is een leerstuk van het Verlichtingsdenken. René Descartes is symbolisch voor de breuk met de Middeleeuwen. Immanuel Kant is een andere belangrijke vertegenwoordiger van de verlichting.
Na de Verlichting komt de stroming van de gevolgenethiek, het Utilisme van Jeremy Bentham en John Stuart Mill.
De meest recente theorie is de sociale contract theorie, een contract tussen maatschappelijke groeperingen, die op een willekeurige tijd samen beslissen over principes die hun gezamenlijk bestaan dienen te regelen. John Rawls, bekend vanwege zijn werk over rechtvaardigheid, is een exponent van de contracttheorie.
Onder deugdethiek verstaan we niet alleen de karakterethiek van vóór de 20ste eeuw, maar eveneens de gewoonten of deugden in het kader van de persoonlijkheidsethiek, die zich vanaf de 20ste eeuw, vooral in de verenigde Staten, is gaan ontwikkelen.

slide 4. Moderne classificatie (positieve psychologie)

Commentaar bij slide

Het ontstaan van de positieve psychologie aan het begin van deze eeuw heeft geleid tot het ontwikkelen van een wetenschappelijke classificatie van de deugden door Seligman (Values-in Action). Daarbij werden zes deugden aangehouden, onderverdeeld in 24 karaktersterktes (zie slide). Er zijn geen ondeugden in dit schema , omdat de deugden/karaktersterktes geen negatieve connotatie gegeven zijn.Values-in-Action heeft een vragenlijst ontwikkeld (Inventory of Strength) die door bijna 35 miljoen mensen is ingevuld.Op basis van een groot aantal van deze questionnaires zijn de meest voorkomende karaktersterktes in de wereld: eerlijkheid, rechtvaardigheid, vriendelijkheid, gezond verstand, leergierigheid en dankbaarheid. De minst voorkomende karaktertrekken in de wereld zijn, in afnemende volgorde: spiritualiteit, voorzichtigheid, bescheidenheid en zelfbeheersing. De resultaten tonen een opmerkelijk niveau van overeenkomst tussen de diverse landen.Je kunt zelf ook de test doen in12 minuten via https://www. viacharacter.org. Je verrijkt er jezelf mee.

Slide 5. Actuele situatie

Als we geloven dat de meeste mensen niet deugen, gaan we elkaar zo behandelen. Wat we aannemen in elkaar is wat we oproepen. Mensen zijn geen engelen. We hebben een goed been en een slecht been, de vraag is welk been we trainen. Van nature hebben we een sterke voorkeur voor dat goede been.
Zodra we geloven dat de meeste mensen deugen, verandert alles.
Het goede in de mens legt het ondertussen af in de berichtgeving. Omdat het goede te alledaags is en sensatie lonender is voor de media.

Er is maar beperkte informatie over de dagelijkse praktijk van concreet deugdzaam gedrag. Soms als onderdeel van sociale onderzoeken, in reisverslagen, geschiedkundige werken en romans kan men aanwijzingen vinden over het deugdzaam karakter van een stad, land of volk. Onderzoek niet naar deugd-ethisch gedrag maar naar waarden en houdingen is onderdeel van sociaal-culturele onderzoeken, bijvoorbeeld die van het Sociaal en Cultureel Planbureau en van European Values. Laatste decennia is er een behoorlijke kwantificering geweest, bijvoorbeeld over geluksbeleving van Ruut van Veen.
In haar 2003 Rapport ‘Waarden, Normen en de Last van het Gedrag’ gaf de Wetenschappelijke Raad voor het regeringsbeleid aan dat op grond van periodieke onderzoeken het pessimisme over de ontwikkeling van zeden en gedrag in Nederland sterk was toegenomen: 69% van de Nederlanders in 1998 was deze negatieve mening toegedaan.
Op grond van eigen observaties en bevindingen in vijf sociale onderzoeken kan een redelijk positieve conclusie getrokken worden over de morele staat van volk en natie.

Slide 6. Mogelijkheden voor de toekomst

Leefregels voor deugdvorming

  1. Bemin de wereld, bemin jezelf
  2. Streef naar goedheid en zelfverwezenlijking. Het maakt je gelukkig
  3. Als je nog op de deugd-golflengte moet komen, overstijg dan jezelf en ga je vertrouwd maken met één of meer van de sterke kanten van de deugd transcendentie, met name:
    – waardering voor schoonheid
    – humor
    – godsdienst/spiritualiteit
    – hoop
    – dankbaarheid
    – voeg daar altruïstische liefde aan toe (caritas)
  4. Selecteer één of twee deugden waarmee je aan de gang gaat: integer, eerlijk, vriendelijk, dankbaar, liefdevol, medelevend, bescheiden, positief, moedig, verdraagzaam, respectvol, enthousiast. De meeste deugden steunen (op) andere deugden. Deugdzaamheid groeit als een geheel;
  5. Oefen, oefen opnieuw en blijf oefenen; succes gegarandeerd;
  6. Beleef diverse culturele en esthetische vormen van de gekozen deugden: films, gedichten, songs, muziek, plastische kunst;
  7. Selecteer één of meer rolmodellen, die je als voorbeeld neemt;
  8. Van eventuele tekortkomingen, kun je leren. Deugdvorming is een langzaam proces. Aanhouder wint!
  9. Bezin en evalueer de gevolgen van je opmerkelijke gedrag, voor jezelf en voor anderen;
  10. Spreek met lotgenoten over je activiteiten
triomf der deugden
triomf der deugden